24.1.08

Huilbaby's

Uw baby huilt veel. Soms uren achtereen, elke dag, weken achter elkaar. De kraamtijd en de tijd dat uw kindje klein is had u zich heel anders voorgesteld. Soms is er niets aan de hand, soms is het huilen een signaal, dat er wel iets is. Voor u is het huilen hoe dan ook een zware belasting. Zeker als u ook geen nachtrust krijgt zal de vermoeidheid toeslaan. De meeste ouders voelen zich machteloos. Hun kindje heeft verdriet of pijn of is oververmoeid, maar het is ook ontroostbaar. Soms zijn er oplossingen. Zeker als er een oorzaak wordt gevonden voor het huilen.

Het vele huilen zal ook u uitputten. Dan komt u met uw kind in een negatieve spiraal. Door het huilen van de baby raakt u geïrriteerd en uw kind reageert daar weer op door nog meer te gaan huilen. Voor u en uw kind is het belangrijk die negatieve spiraal tijdig te doorbreken en ook aan uzelf te denken. Vraag iemand af en toe om een paar uurtjes op te passen, zodat u even tot rust kunt komen en iets voor uzelf kunt doen. Dan is het ook voor u beter vol te houden. Er is een troost: het huilen gaat uiteindelijk over.

Wat is een huilbaby?
Ongeveer 10 tot 15 procent van alle baby's is een huilbaby, wordt algemeen aangenomen. Daar wordt de volgende definitie voor gehanteerd: als een baby minimaal 3 weken, minimaal 3 dagen per week, minimaal 3 uur per dag huilt, dan wordt het een huilbaby genoemd.
Ter vergelijking: een normale baby huilt hooguit anderhalf uur op een dag (waarvan veel ouders zich trouwens niet realiseren dat dat normaal is).

Tips voor ouders met een huilbaby:
- Baby's huilen gemiddeld anderhalf uur per dag. Houd een huildagboek bij, zodat je meer inzicht krijgt in het feitelijk huilgedrag van je baby.
- Wanneer je een huilbaby hebt, is dat niet jouw schuld. Vat het gedrag van je baby ook niet op als iets dat tegen jou gericht is.
- Als je een huilbaby hebt, zorg dan vooral goed voor jezelf. Zodat je fit genoeg blijft om ermee om te kunnen gaan.
- Ga niet naar het consultatiebureau met wallen onder je ogen, of als je erg moe bent.
- Schakel hulp van derden in (zoals familie en vrienden), zodat je wat extra uurtjes slaap kunt pikken, desnoods overdag.
- Vertrouw op je eigen intuïtie. Vraag een verwijzing naar een kinderarts als je denkt dat er iets mis is met je kindje.
- Accepteer dat ze niets kunnen vinden, maar dat wil niet zeggen dat er niets aan de hand is.
- Blijf proberen je kindje te troosten, en wissel elkaar af.
- Bij veel instellingen voor jeugdgezondheidszorg kun je een 'Troostkoffer' lenen of huren. Deze bevat hulpmiddelen om je baby te troosten, zoals een babywiegveer, een draagdoek, een hangmat, een babybadstoeltje, een CD met rustgevende muziek, video's en literatuur. Vraag ernaar op het consultatiebureau.

Geen opmerkingen: